Ooit was Willem van Oranje eigenaar, nu ondergaat buitenplaats Jaarsveld een metamorfose: ‘Het wordt zo mooi’

De renovatie van Huis te Jaarsveld, het koetshuis en het park is een monsterklus. Dat wordt wel duidelijk uit de uitleg van eigenaar Joris Huijsmans tijdens een rondleiding over het landgoed, dat er momenteel uitziet als een bouwplaats.

Overal zijn mensen aan het werk: in het park, in de appelschuur, in het koetshuis dat in de steigers staat. Daarna komt het hoofdhuis aan de beurt: isolatie, verbouwing, voegsels vernieuwen, verwarming op aardwarmte.

De gebouwen worden gerestaureerd met duurzame materialen en energiezuiniger gemaakt. Op het dak van de appelschuur komen zonnepanelen, op het landhuis niet-zichtbare pv-collectoren. Huijsmans verwacht dat het 2021 wordt voordat de restauratie van het hoofdgebouw kan beginnen. Hij gaat het bezoek voor op de houten trap in het koetshuis: ,,Hier op de bovenverdieping komt een gastenverblijf.’’ De benedenverdieping wordt een multifunctionele ruimte voor bijeenkomsten en exposities.

Achterstallig onderhoud

De vorige maand toegekende subsidie uit het fonds Erfgoedparels van de provincie Utrecht is bijzonder welkom in de kostbare aangelegenheid, die jaren gaat duren. Er is veel achterstallig onderhoud en het herstellen in de oorspronkelijke staat is arbeidsintensief. Vanwege het monumentale belang van de buitenplaats is de provincie er veel aan gelegen dat de historie ervan behouden blijft. Huis te Jaarsveld is jaren niet bewoond geweest en het dreigde te vervallen. Als nieuwe bewoner redt Huijsmans het daarvan: ,,Dit soort ruimtes moeten gebruikt worden, anders gaan ze hard achteruit.’’

De geschiedenis van Huis te Jaarsveld gaat zeven eeuwen terug. Mede vanwege de aan het kasteel verbonden hoge heerlijkheid was het vanaf de veertiende eeuw een prestigieus bezit. Willem van Oranje, diens zoon Filips Willem en de nazaten van raadpensionaris Johan de Witt konden zich ooit eigenaar noemen. In 1762 werd het kasteel verwoest door Franse troepen. Het is daarna nooit meer opgebouwd, maar de middeleeuwse terreinindeling met een dubbel grachtenstelsel, kasteeleiland en voorburcht is nog gaaf aanwezig. Het huidige buitenhuis is omstreeks 1760 gebouwd. Het is in 1867 vergroot en in 1974 gerestaureerd.

Wandelpad

De provincie hecht er belang aan dat het landgoed af en toe deels open is voor publiek. Het park, rondom zichtbaar vanaf de openbare weg, zal meermalen per jaar open zijn voor bezoekers, belooft Huijsmans. ,,Het wordt straks zo mooi.’’ De Oostcingellaan, waar twee rijen eiken langs zijn geplant, is al een openbaar wandelpad omdat het landgoed onder de Natuurschoonwet valt.

Er zijn inmiddels honderden jonge bomen, planten en struiken teruggeplant na de kap van tientallen populieren, die aan het eind van hun levensduur waren. Leerlingen van de basisschool hebben geholpen bij het planten van duizenden bloembollen in het slingerbos, goed te zien vanaf de Van Alterenlaan. In dit historische deel van het park hebben de eiken, groene en rode beuken van soms wel tweehonderd jaar oud weer licht en ruimte. De voormalige moestuin komt terug en de leifruitmuur wordt hersteld met zoveel mogelijk de oorspronkelijke stenen.

Vragen

,,Ik krijg veel vragen van inwoners: wat voor bomen er zijn geplant, of het historische hek terugkomt. Ja, dat komt terug’’, aldus Huijsmans, die in zijn dagelijks werk verantwoordelijk is voor alle internationale handel van de Deense bierbrouwer Carlsberg. Normaliter is Huijsmans vaak in Denemarken of in een vliegtuig, maar nu met de coronacrisis is hij aan huis gekluisterd in Jaarsveld. ,,Ik mag niet reizen. Het werk gaat wel door. Online en digitaal.’’

In het water rondom het kasteeleiland en op de oevers scharrelen watervogels rond. Huijsmans heeft Saksische loopeenden, oudhollandse kuifeenden, witte eenden en zwarte zwanen uitgezet. ,,Een buurjongen van de dijk komt ze elke dag voeren.’’

Vorige
Vorige

Uitje Zonnebloem Lopik/Cabauw naar Huis te Jaarsveld

Volgende
Volgende

Vereniging particuliere historische buitenplaatsen